koersen

16 augustus 1978, Urbino wint zijn tweede koers dat jaar

Voor de palio van 16 augustus 1978 tekenen alle grote paarden present : Panezio gaat naar Leocorno, Quebel bij Montone, Rimini bij Istrice en Urbino, de winnaar van juli bij Selva, zit deze keer bij Pantera. De eerste drie wijken hebben nogal snel een fantino, terwijl Pantera wat meer moeite moet doen om een geschikte kandidaat te vinden. De jonge Cianchino die in juli van datzelfde jaar debuteerde bij Valdimontone en nu bij Bruco zat neemt plaats op Urbino bij de vierde prova. Het paard van Bruco had zich immers geblesseerd tijdens de eerste prova. Tussen al deze topper is er één combinatie die er bovenuit steekt : Istrice – Rimini – Aceto. De startprocedure duurt lang, vooral door de val van Ercolino die zwaar gehavend alsnog terug zijn plaats neemt tussen de touwen. Het is ondertussen dondker aan het worden, de lichten van de huizen verlichten de piazza nog net voldoende om te rijden.

Wanneer Giraffa binnenkomt is Istrice verrast. Nicchio vertrekt op kop, gevolgd door Pantera. De jongelingen Cianchino en Bastiano maken er net als in juli weer een onderling duel van.

Het is Urbino die als eerste draait in de San Martino, gevolgd door Saputello. Leocorno en Montone volgen op korte afstand. Istrice zit vanachter. Pantera behoudt de kop, Nicchio volgt en verderop kan Panezio geen terrein goedmaken. Cianchino kan de kop behouden en doet wat Bastiano is juli deed : winnen! Met een nieuwe recordtijd van 1.14 bevestigd Urbino zijn kracht en snelheid en wordt hij één van dé grootste paarden uit de geschiedenis van de Palio.

Urbino wint zijn tweede koers van 1978 en wint een persoonlijke Cappotto.