Deze werd geschilderd door Rosalba Parrini en stond in het teken van 60 jaar bevrijding (2/7/1944).
Het lot bepaalde volgende volgorde van betreding van de touwen : Aquila, Pantera, Giraffa, Onda, Lupa, Drago, Bruco, Selva, Chiocciola, en Tartuca die de start mocht geven. Gezien de posities van Aquila en Pantera (naast elkaar) en vooral Tartuca dat de start moet geven met zijn rivaal op positie 9, leek het erop dat het een lange start zou worden. Niets was minder waar, 20 minuten later waren we vertrokken voor een fantastische palio.
Pantera vertrok als snelste, onmiddellijk gevolgd door Aquila en Selva. In de eerste San Martino lag Aquila aan kop, gevolgd door Selva en Pantera. Chiocciola, Onda en Drago draaiden als volgenden. In de eerste Casato lagen de posities weer enigsinds anders : Aquila, Pantera, Selva en dan Drago.
Aquila leek voorbestemd te zijn om te winnen, maar na de 2e San Martino leek Drago al bezig te zijn aan een sterke remonte. In de tweede Casato kwamen ze langszij, verschillende zweepslagen werden uitgewisseld maar Drago nam de kop, gevolgd door Aquila, Selva en Pantera.
Het was een mooie palio, één uit de oude doos, zonder overdrijving. Drago behield zijn koppositie en won, voor het eerst sinds 2001. Voor Oppio was het de eerste, Salasso won zijn 3e op 18 deelnames.