In de nacht van 23 september 1967 werd de Palio gestolen uit de kerk van San Vigilio. De drappellone, geschilderd door Bruno Marzi was ontworpen voor de Palio Straordinario van 24 september ter ere van het congres dat plaatsvond voor de bevordering van de Wetenschap. Omdat er geen palio meer was werd de stad gedwongen om de originele schets te monteren op een wit doek ter vervanging van de drappellone.
De Palio wordt gewonnen door Giraffa met Rosario Pecoraro (Tristezza) op Topolone (die toen nog Ettore noemde).
Het was de palio van de controverse. Istrice weigerde om gekleed mee te gaan in de Corteo Storico, verschillende prove gingen niet door omwille van het weer en de wetenschappers aan wie de Palio gewijd was hadden Siena al verlaten zonder de koers te zien.
Op de koop toe werd de mossiere (starter) tijdens de Palio vervangen. Na 2 controversiële valse starten waarbij paarden en jockeys vallen werden alle wijken terug in het stadhuis ontvangen. Men besluit om de starter (Jago Fuligni) te vervangen door politieagent Fedro Valentini.
De legende gaat dat ‘avonds, tijdens het feest in Giraffa, er een telefoontje gekomen is van de dieven. Deze bleken studenten te zijn van de universiteit van Bologna, die de Palio gestolen hadden. (een uit de hand gelopen studentengrap?) Ze waren tot het besef gekomen dat de Palio van Siena best wel een ernstige zaak is voor de Sienezen en hadden spijt van hun daad.
Enkele dagen later werd de originele Palio teruggebracht naar een geheime locatie waar de studenten de drappellone hebben achtergelaten. Om een (onaangename) confrontatie te vermijden werd gevraagd om onmiddellijk na het achterlaten te verdwijnen. Giraffa weigerde echter om de ‘schets’ terug te geven aan de stad waardoor er nu 2 drappelloni hangen in het museum van Giraffa, netjes naast elkaar.